dinsdag 28 juli 2009
Dood van een klaproos (over W.N.P. Barbellion)
Bookmark this on DeliciousNiets. Dat gebeurde er in het leven van de Brit W.N.P. Barbellion tussen 1908 en 1912. Zeker, hij koesterde bescheiden verwachtingen, maar zijn hoogseizoen was ten einde, nog voor hij goed en wel besefte dat hij het toppunt van zijn kunnen had bereikt. Barbellion leed aan acute pech, die de vorm aannam van multiple sclerose. Hij stierf op zijn dertigste. Door zelfstudie had hij zich als zoöloog bekwaamd. Zijn levensdroom was laboratoriumonderzoek. Het liefst hield hij zich bezig met het ontleden van insecten en kleine zoogdieren. Die ervaring kwam van pas bij de proefondervindelijke benadering van zijn belangrijkste onderzoeksobject: zichzelf. Gemeten aan de sores van anderen zijn de mokerslagen van het lot afwisselend erg of ergerlijk. Zodra doffe ellende aan het papier wordt toevertrouwd, krijgt het een gulden rand die sterker blinkt naarmate er meer lezers hun handen over laten glijden. In die zin is The Journal of a Disappointed Man een schitterend boek, dat zijn glans ontleent aan de precieuze miniaturen van Barbellions ondergang. Hoe zwaarder de ziekte doorwoog, hoe scherper Barbellion formuleerde en hoe duidelijker hij voor een publiek schreef. Vooral tijdens de laatste levensjaren vulde hij zijn dagboek met dromen en nachtmerries die hij rechtstreeks ontleende aan zijn wanhoop, een geestesgesteldheid die zich bij Barbellion uitte in kolkende bespiegelingen over nutteloosheid. Klagen was voor hem een kunst.
Na elke leugen wordt Pinocchio's neus langer en zo gaat het ook met dagboekschrijvers, de meesters van de illusie. Ze wenden schaamteloze oprechtheid voor. Ze wensen de pen als scalpel te hanteren. Ze bakenen een persoonlijk reservaat af en nemen van daar uit de tekens waar, de dagelijkse nonsens, de vlucht van de vogels, het verstrijken van de tijd. Onder de loep van de dagboekschrijvers is alles een aanleiding tot zelfbeklag. Wanordelijke anekdotiek krijgt een verhaallijn, muggen worden olifanten en neuzen langer. Wie er zelf voor zorgt dat zijn dagboek wordt gepubliceerd, zegt de waarheid vaarwel en hult zich voorgoed in nevelen. The Journal of a Disappointed Man kwam enkele maanden voor Barbellions overlijden uit. In zijn laatste dagboeknotitie had hij zich al verzekerd van een theatrale doodstrijd: "Walg van mezelf." Toenmalige lezers waren er ongetwijfeld van overtuigd dat de heldhaftige Barbellion na deze woorden rochelend in elkaar was gestort en de geest had gegeven.
Er is geen aanleiding om te denken dat de kladboeken van deze begenadigde zeurkous een realistisch beeld schetsen van zijn werkelijkheid. De slepende ziekte ontnam hem de lust om zijn miezerige bestaan naar waarheid te notuleren, wat toch niet veel had opgeleverd. En als hij zich manifesteerde als boekhouder van de dood, dan alleen om aan te tonen dat in de voorspelbaarheid van zijn dagen de kern van het mysterie schuilde. Te hooi en te gras speelde Barbellion met de idee van verlossing. Hij dacht niet zozeer aan een nekschot, als aan een inzicht dat zijn onnutte leven de dynamiek zou geven die het ontbeerde. Als het graf eenmaal in zicht komt, zit God op het vinkentouw. Barbellion liet zich niet ringeloren door religieuze spitsvondigheden, hoewel le pari van Pascal nooit ver weg was. Pascal verkeerde in goede gezondheid toen hij bedacht dat het geen zin had niet te geloven. Voor een man die weet hoe kort het pad naar het kerkhof zal zijn, volstaat de kansberekening niet om hem ervan te overtuigen zijn zielenheil uit te besteden aan een of ander onbewogen ordenend principe. Geconfronteerd met de absolute nietigheid van zijn leven joeg Barbellion een grootsheid na die erop gericht was door middel van zijn notities los te komen van de zwaartekracht, op te lossen in metaforen, uit elkaar te spatten in explosieve adjectieven. Kortom, literatuur was zijn wraak voor de misdaad van de natuur. De homeopathische dosis verbeelde levenslust bracht niet de minste verbetering in de betreurenswaardige staat van zijn lichaam. Terwijl zintuigen en ledematen door verlamming in het ongerede raakten en Barbellion zich zag veranderen in een denkende klomp vlees, was de hoop op redding allang vervlogen. Hij had van zichzelf een literair artefact gemaakt. The Journal of a Disappointed Man is zonder meer een concours in zwaarmoedigheid. Het onderscheid tussen oprechte en gespeelde treurnis blijft duister. Barbellions hang naar esthetiek geeft hierin de doorslag. Hij hoedde zich ervoor de ordinaire kant van de aftakeling in de verf te zetten. Het hele boek staat vol met beschrijvingen zoals die van 13 februari 1911: "Voel me als een stuk uitgetrokken borduurwerk, of een niet ontwikkeld negatief, of een kwal op stelten, of een slijmerig kikkervisje, of een snuitkever in een noot, of een gebakken paling. Met andere woorden en kort gezegd: ziek." De lijfelijke betrekkelijkheden speelden slechts een rol in zoverre ze bijdroegen tot het grote wordingsproces dat hij voor zichzelf en de mens zag weggelegd. Er zat een groot prediker in hem, eentje die uitentreuren de met kwaaltjes en bekommernissen gevulde dagen uitrafelde en van zingevend commentaar voorzag. Heel zijn korte leven was een optelsom van nuffige scènes die hij vakkundig herhaalde. Alleen de kleur van het gebruikte carbonpapier zorgde voor schakeringen. Op de koop toe was Barbellion een saai mens, ongeacht de invloed van zijn ziekte. Zijn lievelingsschrijvers leveren het beste bewijs. Darwin mocht dan hoog in zijn achting staan, Henri Bergson vond hij onovertroffen. De Darwiniaanse evolutietheorie is een bij uitstek lineair systeem dat van nul tot oneindig leidt en waarbij de variatie beperkt blijft tot de historische opeenvolging van de soorten. Bergson, die Darwin als uitgangspunt neemt, benadrukt in zijn filosofie van het élan vital hoe alles naadloos in elkaar overvloeit. Stilstand werkt op de lachspieren, stelt Bergson in Le rire. Uiteraard adoreerde de grotendeels immobiele en humorloze Barbellion net dit ene boek.
8 mei 1911: "De ziel van de klaproos vlamt in me. Zij moet mijn bloem zijn." Enkele jaren later, toen Hein met de zeis hele generaties jongemannen wegmaaide op de slachtvelden van Europa, volgde de zwaar gehandicapte Barbellion in de kranten hoe de oorlogswaanzin zijn aangekondigde dood tot een bespottelijk fait divers herleidde. Het was het enige moment in The Journal of a Disappointed Man dat Barbellions reservaat geen bescherming bood tegen de wereld.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Brief aan Pascal Chabot
Beste Pascal Chabot , Met veel plezier heb ik uw nieuwe boek Avoir le temps. Essai de chronosophie (Puf) gelezen. Ik raad het iedereen aa...
-
Bookmark this on Delicious Niets. Dat gebeurde er in het leven van de Brit W.N.P. Barbellion tussen 1908 en 1912. Zeker, hij koesterde be...
-
Op zondag 9 mei om 10.00 uur ben ik te gast bij Pat Donnez op Klara, in zijn programma Berg en Dal . Het programma kan je nadien vier weken...
-
Filosofiehuis Het Zoekend Hert organiseerde, in samenwerking met het Humanistisch verbond , een presentatie van Autonomie op 24 maart. J...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten